Nysius senecionis – kruiskruidnysius.

Thijs de Graaf 8 augustus 2020 Mijn tuin, mijn vakantie

In Nederland is de Nysius senecionis – kruiskruidnysius een algemeen wantsje, die we op kruiskruid vinden.

Misschien is het handig om eerst iets over wantsen te vertellen, waartoe ze behoren. Want vergeleken met bijvoorbeeld vliegen en kevers zijn wantsen niet erg bekend, terwijl er toch heel veel soorten zijn.

Wantsen zijn nauw verwant aan de bladluizen en de cicaden. Ze hebben ook een zuigsnuit, waarmee ze plantensappen of dierlijke sappen opzuigen.

Foto @Jeanette Essink

Ze lijken vaak op kevers. Ze hebben net als kevers dekvleugels, maar die vallen gedeeltelijk over elkaar en hebben op het eind meestal een vliesachtig, doorzichtig deel. Een ander verschil met kevers is, dat uit de eitjes nimfen komen, die na vier of vijf keer vervellen volwassen zijn. Ze verpoppen dus niet. Na de laatste vervelling krijgen ze vleugels. De meeste zijn goede vliegers. Afmetingen van de soorten lopen uiteen van een mm tot veel groter dan een cm.
Sommige worden als schadelijk gezien, andere rovertjes worden in kassen als biologische bestrijders gebruikt. Schadelijk vind ik een wat lastig begrip. In de natuur houden de insecten variatie in stand. Een veld met één soort plant is niet natuurlijk, dus daar komt van alles op af. Als een plant woekert zijn we weer blij met ze.

Foto @Jeanette Essink

Een van de grote wantsen families zijn de bodemwantsen (Lygaeidae). De meeste van die groep zuigen op zaden en worden in het Engels daarom seed bugs genoemd. Omdat ze vaak op de bodem te vinden zijn, houden wij het op bodemwantsen. 
Die bodemwantsen zijn weer onderverdeeld in onderfamilies. De Nysius behoort tot de onderfamilie Orsillinae. (familienamen eindigen op dae, onderfamilienamen op nae).

Om het nog ingewikkelder te maken. De Amerikaanse bioloog Henry, T.J. heeft die indeling veranderd. De familie Lygaeidae in superfamilie Lygaeoidea. De onderfamilies werden families. Dus Orsillinae werd Orsillidae. In Europa wordt deze indeling meestal niet aangehouden, maar in Amerika wel. De kruiskruidnysius (Nysius senecionis) zuigt aan rijpende zaden van kruiskruid. Maar zit ook op andere planten uit de composietenfamilie als alsem (Artemisia) en kamille (Matricaria). Dat maakt het wat lastig, want hij lijkt sprekend op de in Nederland zeer zeldzame compositennysius (Nysius graminicola) en die zit ook op kamille. Dan zijn ze vanaf een foto soms zelfs door experts niet uit elkaar te houden.
Het zijn geelachtig grijsbruine wantsen. Ze verschillen met de anderen Nysius soorten doordat beide een licht tweede antennesegment hebben met een basale donkere ring. Die ring hebben andere soorten niet. Ze kunnen uitstekend vliegen en zijn 3,9-4,8 mm lang.
Per jaar zijn er twee elkaar overlappende generaties en de volwassen wants overwintert (soms ook als ei). Je kunt ze dus het hele jaar tegenkomen.

Overzicht op Waarneming van de verschillende soorten. Als je een soort aanklikt, krijg je informatie. 

Bronnen, waar ik gebruik van maak:

– Ekkehard Wachmann, Albert Melber, Jurgen Deckert: Wanzen. Band 3

– B. Aukema, D.J. Hermes- Verspreidingsatlas Nederlandse wantsen (Hemiptera: Heteroptera) Deel IV: Pentatomomorpha I (Aradidae, Lygaeidae, Piesmatidae, Berytidae en Pyrrhocoridae)

About the author